Woord: toeflappen
toeflappen , touflappen
, zie: muskeflap. Bron: Molema, H. (1895), Woordenboek der Groningsche Volkstaal in de 19e eeuw (handschrift met aanvullingen op gedrukte editie uit 1887) |
toeflappen , toeflappen , (zwak werkwoord)
, Zie de wdbb. – Ook intransitief Met geweld dichtslaan. || De deur flapte net achter me toe. – Zo ook elders. Bron: Boekenoogen, G.J. (1897), De Zaanse Volkstaal. Deel II: Zaans Idioticon - Aanvullingen. Zaandijk (herdruk 1971) |
toeflappen , touflappen
, zie muskeflap *. Bron: Ganderheyden, A.A. (1897), Groningana – Supplement op H. Molema’s Woordenboek der Groningsche Volkstaal, Groningen (reprint 1985) |