Woord: afpieren
afpieren , ofpierken , werkwoord
, voortdurend knoeiend bezig zijn en daarbij niet opschieten Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |