Woord: Ambrosiuskorf
Ambrosiuskorf , Ambrosiuskörf , zelfstandig naamwoord
, de; puntige bijenkorf met gevlochten hoofd en mijter, mantel, armen en staf, voorstellende Ambrosius, beschermheilige van de imkers Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |