Woord: binnenwerks
binnenwerks , bénnewėrks
, binnenwerks, langs de binnenkant gemeten. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
binnenwerks , binnenwarks , binnenwaarks , bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
, binnenwerks, binnenwerks gemeten Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |