Woord: beddenpan
beddenpan , berpan , berpanne
, beddewarmer, vuurpan, soort van koperen pan met gaten voorzien deksel en steel; Oostfriesch beddpanne. (Zuid-Nederlandsch bedpan = ondersteekbekken.) Kil. bed-panne, Fransch bassionoire. Bron: Molema, H. (1895), Woordenboek der Groningsche Volkstaal in de 19e eeuw (handschrift met aanvullingen op gedrukte editie uit 1887) |
beddenpan , bedpan , (zelfstandig naamwoord vrouwelijk)
, Beddepan. – Zie zegsw. op sop. Bron: Boekenoogen, G.J. (1897), De Zaanse Volkstaal. Deel II: Zaans Idioticon - Aanvullingen. Zaandijk (herdruk 1971) |
beddenpan , berrepanne , zelfstandig naamwoord
, beddepan Bron: Schönfeld Wichers, K.D. (1959), Woordenboek van het Rijssens dialect, herdruk 1996, z.pl. |
beddenpan , beddepan , de
, 1. (meestal koperen) steelpan met kooltjes, die door het bed werd gehaald om dat te verwarmen. Daarvoor werd ook een kruik gebruikt Zu’n pan dat is de berpan (Eex) 2. iem. die graag in bed ligt (Zuidoost-Drents zandgebied) Die vent, dat is een beddepan (Coe) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
beddenpan , beddepanne , bèdepanne
, (Kampen) beddenpan. Ook: bèdepanne (Kampereiland, Kamperveen) Bron: Fien, A., Ph.C.G.M. Bloemhoff-de Bruijn en J. Gunnink (2000), Woordenboek van de Kamper Taal, Kampen |
beddenpan , beddepanne , zelfstandig naamwoord
, de; beddenpan: ter verwarming Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
beddenpan , beddepan , baedepan , baedepanne, baerepan, baerepanne, bedde
, soort pan met een deksel, vaak van koper, aan een lange steel, waarin gloeiende kooltjes gingen. Voor het slapengaan werd die in bed geschoven, waardoor het bed voorverwarmd werd. Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |