Woord: eenzaamheid
eenzaamheid , einzaamheit , mannelijk
, eenzaamheid. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
eenzaamheid , ienzaamheid , de
, eenzaamheid Hij hef zien lèeste dagen in ienzaamheid sleten (Sle), De ienzaomheid hef een denker van hum maakt (md) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |