Woord: ezelsdracht
|
ezelsdracht , aezelsdrach , mannelijk
, langdurige drachttijd (13 maanden). Dit woord wordt in de spreektaal vaak gebruikt, als iets lang duurt b.v. “’t is toch gein aezelsdrach?”: “Het duurt toch niet lang?” Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
|
ezelsdracht , ezelsdracht , de
, lange dracht Dat pèerd hef een ezelsdracht, die is wied over tied (Sle), Dat mensk hef al zo lang lopen, het lik wal een ezelsdracht (Zwe), zie ook eulifantsdracht Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
|
ezelsdracht , ëzelsdrach , zelfstandig naamwoord vrouwelijk
, ëzelsdrachte , - , zwangerschap , (lange zwangerschap van een vrouw) ëzelsdrach Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |