Woord: geregeld
geregeld , geregeld
, regelmatig. Bron: Kerkhoff, Chris (1970 ev), Dialectwoordenlijst van het Land van Cuijk, Cuijk |
geregeld , gereigelt
, gereigelder, gereigelste , geregeld. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
geregeld , geregeld , bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
, geregeld, regelmatig Ie meut hum geregeld in de gaten holden (Bco), Aj geregeld met de bus gaot, moej regelmaotig wachten (Odo), Wij gaot nogal geregeld een einde lopen (Hijk), Hij het geregeld een borreltie op (Row), ...komp geregeld te late op het wark (Uff), Een geregeld leven is heeil wat weerd (Eex) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
geregeld , [regelmatig] , geregeld
, steeds, regelmatig. Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden. |
geregeld , gerèigeld , bijvoeglijk naamwoord
, gerèigelder, 't gerèigelste , regelmatig , VB: Ich gaon gerèigeld nao de sienema; telkens gerèigeld VB: geréigled kaom 'r te läot Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |
geregeld , gereegeld
, steeds Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk. |