Woord: getuigen
|
getuigen , getuung , werkwoord, zwak
, naar waarheid bevestigen Bron: Schönfeld Wichers, K.D. (1959), Woordenboek van het Rijssens dialect, herdruk 1996, z.pl. |
|
getuigen , getuung
, getuung, getuugd , getuigen. Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte |
|
getuigen , getugen , zwak werkwoord, (on)overgankelijk
, getuigen Hij hef gien schuld an dat ongeluk, dat kan ik getugen (Scho), Ik wil wal veur je getugen (Wee), Ik kan je ’t wel getugen dat het zo is (Row), Het getuugt van de opblui van Assen (md) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
|
getuigen , tugen
, (N) = getuige zijn Hie möt tugen, ...getugen veur de ketonrechter Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
|
getuigen , getugen
, getuigen Bron: Fien, A., Ph.C.G.M. Bloemhoff-de Bruijn en J. Gunnink (2000), Woordenboek van de Kamper Taal, Kampen |
|
getuigen , getuugn
, getuigen. Bron: Dialectwârkgroep Heerde/Waopmvelde (2004), Nieje Heerder Woordnboek, Heerde. |
|
getuigen , getugen , werkwoord
, 1. getuigen 2. blijk geven van Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
|
getuigen , getûige , werkwoord
, getûigde, getûig , getuigen Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |
|
getuigen , getugen , (werkwoord)
, getugen, getuugd , getuigen. Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
|
getuigen , getuge , werkwoord
, getuugtj, getuugdje, getuugdj , getuigen Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |
|
getuigen , getèùge , zwak werkwoord
, getuigen; B getèùge - getèùgde - getèùgd; - geen vocaalkrimping Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant |