Woord: brulstaart
|
brulstaart , [aanstelster] , brelstert , (vrouwelijk)
, aanstelster, nuffig persoon Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn |
|
brulstaart , brelstert , zelfstandig naamwoord
, brelsterte , brelstertje , aansteller, opschepper Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |