Woord: klingelbuidel
klingelbuidel , klingelbujel , zelfstandig naamwoord
, klingelbujels , klingelbujelke , collectezak, stoffen buideltje, bevestigd aan een lange stok en voorzien van een belletje, eertijds gebruikt voor de collecte in de kerk (Duits: Klingelbeutel) Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |