Woord: normaalschool
normaalschool , normaalschoel , de
, (veroud.) = school voor opleiding tot onderwijzer Vroeger was het normaalschoel, later kweekschoel en non P.A. (Emm) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
normaalschool , normaalschoele , zelfstandig naamwoord
, de; normaalschool: voorloper van de pedagogische academie Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
normaalschool , normaalsjoeël , zelfstandig naamwoord
, normaalsjoeële , normaalsjuëlke , vroegere benaming voor kweekschool, pabo, pedac Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |