Woord: schmutzig
schmutzig , sjmôtsig , bijvoeglijk naamwoord
, druilerig , sjmôtsig (du. Schmutzig) Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |
schmutzig , smoetsig , bijvoeglijk naamwoord
, smoetsige , smoezelig (Duits: schmutzig) Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |