Woord: sprenkel
sprenkel , sprinkel , sprenkel , zelfstandig naamwoord de
, Langwerpige val of klem voor hazen, konijnen, bunzings e.d. Het woord is een afleiding van springen. Bron: Pannekeet, J. (1984), Westfries Woordenboek, Wormerveer |
sprenkel , sprenkel
, opspattende druppel (W.-Veluwe). Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |
sprenkel , sprinkel , zelfstandig naamwoord
, sprinkels , sprinkelke , spetter, spat Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |